donderdag 16 december 2010

zomerblues

De hele week is het al aan de gang. Ik heb last van de zomerblues. Voel mij verloren en alleen. Heb een dag migraine. Voel mij een buitenbeentje dat niet kan integreren en af en toe moeite heeft de cultuur regels te leren en te volgen. Zie van een afstand dat het leven hier voor de meeste mensen zich concentreert op 1 ding, Kerstmis.
Iedereen is er vreselijk druk mee. Er is nergens anders meer tijd voor. Het gevolg is dat de kalkoenen niet meer te bestellen zijn. De wallen onder ogen van de moeders worden groter. De kerstkaarten zijn nog niet allemaal rondgebracht, de verlichting nog niet opgehangen, o jee wat zullen de buren wel niet denken....... Je voelt de stress in de lucht en het lijkt alsof niemand in staat is ergens anders meer over te praten of aan te denken.

Wij komen gisteren ons huis uit om mee te helpen op school de "art room" op te ruimen en de jaarlijkse grote schoonmaak te geven. De jongens werken zich een slag in de rondte en helpen goed mee. Bink ligt lekker in zijn mandje naar gekleurde emmers te kijken die aan het plafond hangen. Ik ruim alle hoge dingen op, ik ben tenslotte Nederlander en per definitie lang. Met het buiten huis zijn en het opruimen wordt langzaam mijn bui beter. Maar de echte ommekeer komt als we gisteravond het nieuws kijken. En zien dat 500 meter voor de kust van Christmas Island een boot met vluchtelingen op de klippen slaat. Mannen, vrouwen, kinderen gillend in het water in metershoge golven. Alles gefilmd door bewoners van het eiland. Ik voel mij er ziek van. En schuldig over mijn zomerblues die totaal onterecht zijn. Want wij hebben zoveel geluk, dat het bijna niet te bevatten is. Ik zou willen dat die mensen op die boot ook wat van dat geluk konden krijgen. En ook al die anderen mensen die een portie geluk ontzettend hard kunnen gebruiken in hun leven.
Ik ben op slag genezen van mijn blues en sta vanochtend op als een ander mens, een mens met een plan. Het plan is om deze zomerse dag te plukken.
En het lukt. En misschien klinkt het ongeloofwaardig, maar voor het eerst deze week vond ik weer aansluiting bij mensen om mij heen en had ik groot plezier in de kleine dingen zoals mijn kopje koffie (opgewarmd omdat er geen tijd meer was om verse te zetten), de lunch (twee cakejes voor de jongens omdat het plukken van de dag ervoor had gezorgd dat ik alleen voor Bink een tasje bij mij had toen we eropuit gingen), een schaterlach van Bink (die als gevolg mijn schone shirt helemaal onder spuugde terwijl we nog zeker 3 uur aan de wandel waren), de groene vlekken op onze kleren (omdat een picnick kleed nu eenmaal niet onderin de kar past), 4 kindjes om mij heen als we na school naar huis lopen (dat ze elkaar tot drie keer toe het leven zuur maken deert mij niet vandaag), mijn hart luchten aan tafel bij Bud (omdat hij er altijd is voor mij, zelfs al komt hij iedere avond ontzettend laat en doodmoe thuis), de mail die ik van een vriendin kreeg waarin ze zegt dat ze van mij houdt (hoe wist ze dat ik die woorden juist vandaag zo ontzettend hard nodig had?).

Mijn zomerblues zijn voorbij. Daar hebben anderen veel meer recht op dan ik.