Het eerste project is vandaag "gelaunched". We zijn grootscheeps begonnen met het interviewen van patiënten over hun ervaring in het ziekenhuis. Mijn eerste patiënt bevindt zich op de afdeling brandwonden. Ik vind het vreselijk moeilijk. Maar ja, dat hoort er nu eenmaal bij. In ieder geval in dit project. Ik heb iedereen getraind om de interviews te doen, alle communicatie geleverd, de vragenlijsten ontwikkeld, de planningen gemaakt, alle staf geïnformeerd. Er zijn mappen, i-Pads om online direct data in te kunnen voeren. We hebben badges, clipboards en extra pennen. Ik heb een evaluatiemodel en analyseraamwerk gemaakt dat als pilot voor het hele ziekenhuis gebruikt gaat worden.
En nu we gaan uitvoeren ben ik onzeker. Onzeker om de patiënt, die ligt te wachten om naar huis te gaan, vragen te stellen. Ik sta er helemaal achter om het te doen. Het is nodig om te weten of veranderingen die we doorvoeren effect hebben op de patiënt tevredenheid. Maar om de mensen op deze manier te zien vind ik niet makkelijk. Morgen heb ik mijzelf ingepland op de eerste hulp afdeling. En zo gaat het de komende twee weken door. Zoeken naar mensen die klaar zijn om naar huis te gaan van een opnameafdeling of de eerste hulp afdeling. Informatie verzamelen zodat we de dingen beter kunnen maken.
Maar o wat vind ik het moeilijk. Mijn hart zakt in mijn schoenen als ik aan morgen denk.
En als ik de kinderen ophaal en het blijkt Halloween te zijn is het natuurlijk helemaal mis. We hebben geen snoep in huis, er is geen tijd meer om te verkleden en voor de kinderen om langs de huizen te gaan voor een "trick and treat". Isis komt er goed vanaf, die mocht met een vriendin mee. Maar Simon is intens verdrietig. Het is nu de tweede keer dat hij iets niet kan doen omdat ik werk.
Om het allemaal en voor iedereen goed te doen valt niet mee. Toen ik net de was stond te vouwen en de badkamer stond te soppen, de afwas deed en het eten voor Bud klaarzette omdat hij vandaag heel laat is, vroeg ik mij af of dit het is. Het leven waar ik zo naar heb verlangd.
En ik kan niet anders zeggen dan ja.
Want als ik 's ochtend om 6.15u in mijn pak in de trein zit ben ik blij. Als ik om 6.45u in het keukentje vlak bij ons kantoor een kop koffie sta te zetten klopt mijn hart vrolijk en snel. Aan de slag. Dit is wat ik wil. En dat het niet iedere dag makkelijk is, dat hoort er ook bij. Daar leer ik van.
Uiteindelijk gaat het om de patiënt, en dat ik die moet vragen hoe hij het vond in het ziekenhuis, dan is dat helemaal goed. Want ik werk er voor mijzelf, maar ook vooral om het voor de patiënt beter te maken. Dus morgen beter.
Bovendien kan ik natuurlijk best wel eens een keertje wat eerder naar huis. Bijvoorbeeld om er te zijn als het Halloween is. Volgend jaar beter.