Aantal auto’s gezien per uur: 21
Afstand: 135km Perth – Lancelin
Kleuren: Zwart van oude bosbranden, wit van de duinen, groen van de bossen en weilanden en diepblauw van de Indische Oceaan
Camping: Verlaten, oud, leeg en netjes
Plaats: In de zomer een surfstrand. In de winter vooral veel vissers. Je kan hier ook gratis staan en gebruik maken van de openbare toiletten. Omdat het onze eerste nacht is kiezen we daar niet voor.
Mensen: Aardig
Dieren: Emu’s en kangaroes
Meest opvallend: Leegte overal waar je kijkt
Hoogtepunt: Vakantiegevoel
Dieptepunt: Een kar met boodschappen ondersteboven in de struiken
Lancelin Beach, 7u in de ochtend vandaag
Een kleine camper dachten we toen we hem gingen ophalen. Waar we precies inpassen met z’n zessen. We kijken keurig de instructie dvd en de wegregels dvd. De laatste hoeven we natuurlijk niet te zien omdat we hier al drie jaar wonen, maar omdat we geen Australiërs zijn vertrouwt de dame die alles met ons regelt het niet helemaal. Vooruit dan maar. Als de wagen eindelijk wordt voorgereden schrikken we een beetje. Het is een wagen formaat vrachtwagen. Gigantisch. Met recht een huis op wielen. Een beetje nerveus rijden we ermee weg. Het valt mee, het rijdt prima, alleen niet erg hard. We rijden Perth uit en stoppen alleen bij een grote shopping mall om boodschappen in te slaan. Het verschil met Melbourne valt meteen op. Behalve dat het veel warmer is, is het ook meer ontspannen en een stuk leger. Veel mensen op blote voeten, informeel gekleed. De supermarkt is gigantisch, met brede lanen en lege stukken. Vooral ongericht op boodschappen voor de lange termijn en opslag in de vriezer. Dit is de laatste grote supermarkt op 1500 km. Eigenlijk hebben we geen zin en willen we door, maar we slaan toch flink in. Een wagen vol, op alles zijn we voorbereid. Bijna raken we de hele wagen weer kwijt als we bij aankomst bij de camper even niet opletten en de hele kar de heuvel afdendert. Gelukkig lopen er geen kleine kinderen en oude mensen in de weg. En er staan ook geen gloednieuwe Porsches, zelfs geen oude auto’s. Het eerst dat ik denk is dat ik blij ben dat we toch een reisverzekering hebben afgesloten……De kar gaat om op een stoeprand die grenst aan een paar struiken. We vissen de crackers, brood en stukken pasta uit de struiken. De enige glazen pot die we hebben is nog heel, Het bier stond gelukkig al in de camper. Tom is helemaal van slag maar ik lag erom en zeg dat de eieren alvast omelet zijn geworden, lekker makkelijk voor straks.
We halen Cervantes niet. Dat is de eerste geplande stop, maar het heeft allemaal langer geduurd en het wordt vroeg donker. Aangezien we ook moeten oefen hoe we dit huis op wielen moeten instellen, inrichten en opstellen willen we wat meer tijd. Bovendien is het en lange dag, we zijn al om 4u ‘s ochtend opgestaan en het is hier 2 uur vroeger. We stoppen in Lancelin, een verlaten badplaats langs de kust. We zien onderweg kangaroes en emu’s. Het is verlaten. Eindeloos. Vol met duinen en kleine stekelige planten op stammen. Zes auto’s per half uur op de weg.
Het inrichten van de camper duurt even. Bink heeft honger. We willen eigenlijk even snel wat eten halen maar wat er is, is dicht. Het regent. Dus op onze eerste avond eten we gezellig boterhammen in de camper. Dit is het echte leven. De kinderen smeken om 7u of ze naar bed mogen en duiken met z’n drieën in hun zelf opgemaakte bovenbed. Om 8u liggen Bud en ik ook op een oor. Op de achtergrond hoeren we het gedreun van de golven. En het zachte getik van regen op het dak. We hebben vakantie!